Nog drie dagen, en het is zo ver! De verkiezingen!
De spanning stijgt naar hoe het uit gaat pakken: er is nog steeds een nek aan nek race. In belangrijke mate bepaalt beeldvorming wie straks gaat winnen. Partijen doen hun best om zichzelfzo gunstig mogelijk neer te zetten, en aanvallen van tegenpartijen af te slaan. Volgens politicoloog Drew Westen winnen partijen en kandidaten als ze zorgen dat stemmers zich identificeren met de waarden van de partijleider en de partij, en als zij affiniteit hebben met het politieke programma. Het beeld, het verhaal van een partij en haar leider, dat een bepaald gevoel oproept, is dus belangrijk.
En dat beeld creëert men via de campagne.
Het beeld dat tot dusver is ontstaan zet D66 duidelijk neer als uitdager, waar het goed mee gaat. De partij stijgt in de peilingen, en dat is positief weer voor het beeld van de partij. Everybody likes a winner. Volgens het Parool is tijdens een debat bij scholen D66 populair. De ondertitel is een quote die zegt: Jan is de man. Het gaat goed.
Bij de PvdA ligt dat heel anders. De partij komt naar voren als verliezend, met stuurloze leider. Het begon al vrij snel na het aantreden van Hilhorst, en een aantal missers. Hij wordt daarbij niet geholpen door de landelijke koers van de PvdA en de samenwerking met de VVD in de kamer en het college.
Maar ook in de debatten lukt het nog niet om dat af te schudden, en andere partijen spelen daar dankbaar op in. Je merkt bijvoorbeeld dat partijen als D66 elke aanval van de PvdA afdoen als paniekerig. De verliezende partij weet het zogenaamd niet meer.
Dat is lastig voor de PvdA maar vooral ook voor het beeld van Hilhorst als persoon.
Het meest lastige nog wel is dat de partij nu lijkt te proberen Hilhorst uit de wind te houden, en prominenten aanvliegt om het beeld te herstellen. Maar daarmee speelt de partij haar tegenstanders in de kaart: Asscher claimt nu dat het te veel overgemaakte geld zijn schuld was, maar herinnert daarbij aan deze misser (die onherroepelijk gelinkt blijft aan de pvda en hilhorst) en bevestigt het beeld dat hilhorst hulp nodig heeft.
Cohen maakt het nog veel erger. De kop in het parool was letterlijk: Cohen schiet Hilhorst te hulp. Mensen gaan echt niet stemmen op een leider die niet zijn eigen boontjes kan doppen. Als klap op de vuurpijl vergelijkt Cohen het optreden van Hilhorst met zijn eigen dramatische entree in de Kamer en dat Hilhorst “razendsnel bijleert.” Pardon? De wethouder financiën moet het nog leren?
En dat beeld blijft maar bepalend voor hoe alle acties worden uitgelegd in het publieke debat. In een Metro interview met Hilhorst is de kop “ik ben geen aangeschoten wild”, terwijl nergens in het artikel echt staat dat hij dat zegt, maar hem wel wordt gevraagd of hij aangeschoten wild is. Het herinnert Amsterdammers weer aan het beeld van een verliezer.
Onlangs werd bekend dat twee D66’ers op Grindr, de homodating app, campagne aan het voeren waren. Je kan dat creatief noemen, en het bericht haalde zelfs de New York Times. In het filter: nieuwe energie, uitdager, kan men dit alleen maar als enthousiast en leuk zien. Outreach op een nieuwe manier!
Maar wat nou als Hilhorst op Grindr was gegaan? Ik durf te wedden dat zijn acties als paniekerig zouden zijn weggezet. De kop zou zijn: Het gaat zo slecht dat hij zelfs op Grindr stemmen zoekt.
En is dat eerlijk? Misschien niet. Maar zo werkt het wel. En het enige wat je kan doen in zo’n situatie is je dan beroepen op inhoud, wat Hilhorst deze week in het Parool deed. Maar als je dan vlak daarna in de gemeenteraad wéér de mist in gaat, maak je het jezelf erg moeilijk.
Misschien had Hilhorst beter zijn rol als outsider harder aan kunnen pakken, en niet als wethouder in het college moeten gaan. Ik kom van buiten, sta voor een nieuwe PvdA en zo wil ik het doen. Nu heeft hij het slechtste van twee werelden: Hij is een insider omdat hij verbonden is aan keuzes waar hij misschien niet achter staat, maar qua inhoudelijke kennis, en debat vaardigheden een outsider.
Het is de vraag hoe het uit gaat pakken.