Toen de Duitsers zich in Nederland op 5 mei 1945 officieel overgaven, was het westen van het land nog bezet. Twee dagen later zou Amsterdam echt worden bevrijd. Duizenden mensen gingen dan ook opgetogen naar de Dam om de eerste bevrijders welkom te heten. Maar ondertussen was de spanning er om te snijden. De Binnenlandse Strijdkrachten ontwapenden Duitse soldaten en voerden hen af. Op een gegeven moment begonnen gewapende Duitsers vanuit de Groote Club, op de hoek van de Kalverstraat en de Paleisstraat, te schieten op mensen die zich op de Dam hadden verzameld. Zeker 31 mensen kwamen om het leven; velen raakten gewond.
Lange tijd bleef deze tragische gebeurtenis in de Amsterdamse geschiedenis weinig belicht. De slachtoffers ervan werden eerst niet als slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog erkend, omdat het incident net na de oorlog plaatsvond.
Dankzij het werk van de Stichting Memorial voor Damslachtoffers 7 mei 1945 wordt er morgen op de Dam een monument onthuld ter nagedachtenis aan de getroffenen. Ludmilla van Santen, genealoge en bestuurslid van deze stichting, vertelde in Ritme van de Stad over de geschiedenis van de bewuste dag, het uitgebreide onderzoek ernaar, en het tot stand komen van het nieuwe monument.