Weest niet bang. Geen O’g3ne. Geen 3 zuiver zingende zusjes. Geen Songfestival. Da’s een keer per jaar wel welletjes. Niks eurovisie, niks navelstaarderij, we richten in deze Kunst & Cultuur op Vrijdag met Fabiola Veerman weer eens de muzikale blik op Afrika onder de Sahara. Afrovision dus. Dit naar aanleiding van de Afrikaanse fotografen die exposeren in FOAM “X African artists”.
Wat nu ‘Afrikaans’? Dat is net zo’n onzinnige betiteling als ‘Europees’. Je weet dan van welk continent. Maar Siberië of Portugal? Japan of Australië? Egypte of Congo? Nigeria of Kenia? Ik bedoel maar. Zelfs in een mini-moerasje als Nederland is het nog aardig te weten of iemand uit Mestreech komt of uit Ljouwert. Dat geeft aanvullende informatie over de persoon, geografie kleurt iemands achtergrond in.
‘Afrikaans’, dat roept de welbekende cliché’s op: armoe, honger, stammenoorlogen, koloniale erfenissen, bootjes vol wanhopige mensen op zoek naar een beter leven.
Dat is wat de Keniaanse en Nigeriaanse fotografen in FOAM juist niet willen tonen. Zij showen liever wat er nu ook is: een enorm potentieel aan creatieve durf-als, waar ze zelf deel van uitmaken. De mensen die nieuwe wegen inslaan, maar de tradities niet vergeten. Het borrelt en bruist daar, in Nairobi, Mombasa, Kinshasa en Lagos. Het is mooi om te zien dat mensen echt geen Peter Klashorst of zelfs een goed bedoelende Renzo Martens nodig hebben maar het uiteraard liever en beter zelf doen. En dan zoveel wilder, zoveel exposiever nieuwnieuwnieuwer dan gaap Jeff Koons of gaapgaapgaap Damien Hirst.
Ook de nieuwe muziek is opwindend. Het borduurt soms veilig voort op tradities, of op nieuwe modes van broeders en zusters die geslaagd de oversteek waagden en mengden met het ‘Europese’. In Frankrijk en Engeland is een levendige muziekscene van ‘Europeanen’ samen met mensen van ‘Afrikaanse’ komaf. Die stijl is weer teruggekoppeld naar ‘Afrika’, waar de stemmen vaak door de ‘Autotune’ worden gehaald en de ritmes bijvoorbeeld uit Jamaica komen. Of uit de Bronx of Harlem. Dat klinkt dan bijvoorbeeld als Maître Gims, een Franse hitmachine van Congolese komaf, wiens muziek wel wat aan Stromae doet denken.
Zo klinkt ook de eerste song van het uur. Tekno noemt de rapper uit Nigeria zich, die klinkt als een Amerikaanse ‘bro’ maar de tekst is toch typisch toegesneden op Nigeria in de felle, kritische stijl van Fela Kuti van enkele decennia geleden. Tekno maakt in iets veiliger bewoordingen dan Fela gewag van het eeuwige gelul maar nergens toe komen van de Nigerianen (kom even kijken in Den Haag jongens). Op het leegroven van de rijkdom van het continent waar de mensen die er wonen geen steek wijzer van worden, integendeel. Dat daar niet eindeloos over geklaagd moet worden maar ho stop en de handen uit de mouwen!
Maar dan. De tweede song heet “Ogene” en wordt uitgevoerd door Zoro, een rapper van Igbo afkomst. Hier moet ik toch weer even in de cliché’s duiken. De Igbo stam woont in het zuidwesten van Nigeria en zijn behalve door hun kunst vooral bekend geworden door hun poging zich af te scheiden van Nigeria, eind jaren zestig begin jaren zeventig van de vorige eeuw. Zij riepen hun eigen republiek “Biafra’ uit, werden vervolgens volledig geïsoleerd van de rest van de wereld door het Nigeriaanse leger, met enorme hongersnood tot gevolg. Groot kans dat u meteen weer de bijbehorende vreselijke beelden op het netvlies getoverd krijgt bij het horen van die naam, Biafra.
Zij wonen allang weer in Nigeria in plaats van Biafra maar het blijft een trots volk, de Igbo (spreek uit: I’bo). De rapper van Igbo afkomst Zoro heeft de ritmes van hét Igbo instrument par exellence, de ogene, omgetoverd naar een moderne, koortsige, urban song “Ogene”.
Wat is een ogene? Een soort tweeling-koebel die met een stuk hout geslagen wordt in een ritmisch patroon. Luister naar de overeenkomst in de traditionele ritmes en klanken en de grotestads hiphopversie Ogene: Y’nowattaImean? Ynowattaimsaying? Dat klinkt en danst hetzelfde nietwaar?
Het grappige is ook dat in de clip figuren opduiken tussen de übercoole en heftig stoere rappers in traditionele Igbo-kostuums, die wij kennen van het Tropenmuseum. Een gezette dame in Staphorster kostuum die zou breakdansen in een clip van Boef. Zoiets.
Hierna even de ‘holderdebolder psychedelica” van Mbongwana Star waar ik in 2015 al over schreef maar wat nog steeds onverminderd maf en vervreemdend binnenkomt, Kala.
In Kenia klinkt alles wat minder heftig. maar toeval of niet, hier doken twee stoere dames op tijdens mijn zoektocht. Een prachtig zelfbewuste dame Suzziah die op een lekkere lome dubreggae te verstaan geeft dat wie moeite heeft met haar haar, manier van doen, kleur van haar huid, geslacht, Afrikaans zijn maar lekker moet doorlopen. Dan interesseert jouw persoon haar ook niet, ze heeft trouwens ook geen boodschap aan ‘verheffing”, dank u. Heerlijk, zo’n mooie zelfbewuste jonge vrouw: Piga mdomo.
Als afsluiter een zo te horen piepjonge Dom, een rapmeisje uit Kenia. Ze is woedend omdat ze kennelijk de juiste muziek niet maakt en als vrouw in een machowereld geen pootje aan de grond want geen airplay krijgt. Dat er op de Keniaanse radio alleen maar plaats is voor mainstream ouwe rockshit. Zij moet alsmaar gratis optreden om zichzelf in de schijnwerpers te spelen maar ze komt nergens zo. Wat haar woedend maakt. Hier speelde een dergelijke discussie twee jaar terug, rappers kregen hier ook geen airplay omdat de radiowereld bestaat uit ”witte’ mannen met een ‘wit’ publiek die dus liefst alleen ‘witte’ muziek draaien. ‘Radiovriendelijke’ muziek die de gemiddelde luisteraar niet in de gordijnen jaagt in elk geval. Geen boze mannenrap.
Nou, daar hebben wij geen last van bij Amsterdam FM. Boos of niet boos. Man of vrouw. Afrikaans of Europees. Het maakt niet uit. Goede muziek is goede muziek.
Punt.
Meer verhalen over onder andere ‘Afrikaanse’ muziek in Metha’s Muziek.